Gedichten  van  FRANCISCO  VÉJAR
vertaald door Fa Claes


Francisco Véjar werd geboren in 1967 te Viña del Mar, Chili. Hij is dichter en literair criticus.
Hij publiceerde de verzenbundels Fluvial (1988), Música para un álbum personal (1992), Continuidad del viaje (1994), A vuelo de poeta (1996), Canciones imposibles (1998), País insomnio (2000), en Bitácora del emboscado (2005). Werk van hem is in verschillende bloemlezingen opgenomen en vertaald in het Engels, Italiaans, Catalaans, Portugees en Kroatisch. In 1999 heeft hij een bloemlezing uit jonge Chileense dichters uitgegeven. In 2002 publiceerde hij in samenwerking met Sven Olsson en Armando Roa Vial Georg Trakl. Homenaje desde Chile. Hij is docent aan de Universidad del Desarrollo in Santiago de Chile, columnist bij het dagblad El Mercurio en medewerker aan het Spaanse tijdschrift Clarín. Hij werkt momenteel aan een kroniek over de voornaamste Chileense auteurs uit de tweede helft van de twintigste eeuw.




ALLÍ DUERME MI PADRE


Visito el cementerio:
allí duerme mi padre
sobre polvo y más polvo,
donde no hay más que el silencio sordo
de otras voces,
lápidas casi borradas por las tempestades:
débiles huellas sobre el mármol.

El viento desordena el entorno.
Camino sobre pétalos resecos
que se unen a la tierra,
sobre pedazos de labios
que se juntaban para amarse.
Pero no hay respuesta.

Un día espíritu y carne
fueron fuertes,
vagaban sin prisa,
releyendo en el aire las señales de la vida.

Estoy de pie en este mundo,
mirando como muere la tarde,
sintiendo la enarbolada sensación
de contener en un segundo otros ecos.

Hay pasos que oyen,
hay ojos disueltos que observan,
también el destello de la nada.

Allí duerme mi padre,
frío y delicado como la nieve.


      De: Canciones imposibles




HA MUERTO JOSEPH BRODSKY


Ha muerto Joseph Brodsky
En nuestro barrio alguien tocaba
Un anacrónico piano de cola
Y se encendía la luz de melodías cansinas
Esos días no entran en el calendario
Y se mezclan como un ponche
Suave como el fluir de nuestra sangre
Pero no sólo ponche corre por las venas
En la calle las motocicletas pasan como avispas
Y una adolescente abandona
Su doble vida para volver a casa.
Ha muerto Joseph Brodsky y con él
Parte de las lecturas
Que hacíamos de sus poemas
En veranos marítimos.
Ya no bastan sol, mar, ni luna
Y no vale la pena preguntarnos
Por el valor de la vida
Sólo queda vagabundear por calles
Y lugares donde nos gustaría
Hacer como tú una antología universal del amor
Para los amantes de hoteles de paso.
Queremos recordar estas palabras tuyas:
El día te va buscando en el armario una camisa
Ojalá llegue pronto el invierno
Y con la nieve cubra
Las ciudades los hombres sobre todo lo verde
Si de noche veo una estrella en el techo
Ella - según las leyes de combustión -
Me resbala por la mejilla hasta la almohada
Sin darme tiempo a pensar un deseo.


      De: País insomnio




LA VIBRACIÓN DEL RÍO SOBRE LA CIUDAD


Hemos visto árboles desnudos en la ciudad
que levantan veredas y reclaman lo suyo.
Sus raíces se abrazan como amantes subterráneos
que saben de sueños y pérdidas.

Es extraño estar aquí y oír el grito de las gaviotas
que caen inciertas sobre el agua.
Esperar una barcaza de madera
o la huida del sol en el océano.
Seis y media de la tarde en las riberas del Mapocho;
la inevitable cicatriz de Santiago.

Estos escritos se perderán con el fluir del río
y su eco será como verse en una película absurda
cuyos actores principales han sido dados de baja.







LÍNEAS SOBRE LA CARÁTULA DE UN DISCO DE STAN GETZ


Salimos del amor como de una catástrofe aérea
después de vagar por moteles y playas solitarias
donde nuestras huellas desaparecían tras la marea;
días y días de bañarnos con champaña
y hacer el amor mientras gritaba el oleaje.
Fuimos una rara especie de animales
que escribían sáficos imperfectos
en sus cuerpos desnudos.
Así, jugábamos a creer que dominábamos la lengua
como dominábamos ese instante.

Hoy atesoramos manuscritos, discos de jazz, libros
y esa llama que quisiéramos encender
como un profano que retorna a su creencia
y enciende las velas de un oxidado candelabro.

Salimos del amor como de una catástrofe aérea
sin equipaje ni boletos de vuelta.







ESCRITO ENCONTRADO EN UNA MESA DEL RESTAURANTE MIRAMAR (QUINTAY)


Si el abismo no nos llamara con su silencio
no podríamos leer a Trakl, ni permanecer horas
mirando estas lápidas anónimas que golpea la tempestad
como el grito del ave que acompaña a los muertos.
Líneas de Sebastián en sueños al fin de una playa
de arenas movedizas como náufragos. Nuestro tiempo
debería ser infinito como las arenas de esa playa.
Mas toda ceniza, toda embriaguez, toda permanencia
es innecesaria porque perecemos. Y en la costa - como se sabe - sigue
el incesante espectáculo del oleaje. Caminamos
sobre osamentas dispersas que han devuelto las olas del mar,
caminamos para abrir tantas puertas;
puertas de acero, puertas de madera, puertas invisibles,
- mudanza interior de la cual queremos desprendernos -
donde una palabra lleva todo lo que hemos podido poseer.


      De: El emboscado

DAAR SLAAPT MIJN VADER


Ik bezoek de begraafplaats:
daar slaapt mijn vader
op stof en nog meer stof
waar niets anders bestaat dan de doffe stilte
van andere stemmen,
door stormen bijna uitgewiste gedenkstenen:
zwakke sporen op het marmer.

De wind verstoort de orde van de omgeving.
Ik stap op verdroogde bloembladen
die met de aarde één worden,
op brokstukken van lippen
die samenkwamen om elkaar te beminnen.
Maar een antwoord is er niet.

Geest en lichaam
waren ooit sterk,
zwierven zonder haast
bij het lezen van de levenstekens in de lucht.

Rechtop sta ik in deze wereld,
kijk uit hoe de middag vergaat,
voel de dreigende gewaarwording
in één seconde andere echo's te bevatten.

Er zijn stappen die horen,
er zijn ontbonden ogen die scherp toezien,
zelfs op de schittering van het niets.

Daar slaapt mijn vader,
koud en broos als de sneeuw.







JOSEPH BRODSKY IS OVERLEDEN


Joseph Brodsky is overleden
In onze wijk speelde iemand
Op een anachronistische vleugelpiano
En het licht van uitgeputte melodieën ging branden
Die dagen passen niet in de kalender
En gelijk een punch vermengen ze zich
Zacht als het stromen van ons bloed
Maar niet alleen punch stroomt door de aders
Op straat komen motorfietsen voorbij gelijk wespen
En een puber stapt uit
Haar dubbel leven om naar huis te gaan
Joseph Brodsky is overleden en met hem
Een deel van het lezen
Van zijn gedichten wat we deden
Tijdens zomers aan zee
Zon, zee en maan volstaan niet meer
En het loont niet de moeite ons
Naar de waarde van het leven te vragen

Alleen het ronddwalen blijft over langs straten
En plaatsen waar wij graag
Zoals jij een universele liefdesbloemlezing wilden maken
Voor de geliefden uit de liefdeshotels.
Deze woorden van je willen we onthouden:
De dag is in de kast naar een hemd voor je aan het zoeken
Hopelijk komt spoedig de winter
En dekt met sneeuw
De steden de mensen bovenal het groen
Als ik 's nachts een ster op het dak zie
Schiet die - volgens de wetten der verbranding -
Langs mijn wang tot op mijn hoofdkussen
Zonder me tijd te geven om een wens te bedenken.








DE TRILLING VAN DE RIVIER OVER DE STAD


In de stad hebben we naakte bomen gezien
die weggetjes opzetten en wat van hen is opeisen.
Hun wortels omarmen elkaar als ondergrondse geliefden
die weet hebben van dromen en verlies.

Het is vreemd hier te staan en de schreeuw te horen van de
meeuwen die onzeker op het water vallen.
Wachten op een houten barkas
of op de vlucht van de zon en de oceaan.
Half zeven 's avonds op de oevers van de Mapocho,
het onvermijdelijke litteken van Santiago.

Deze geschriften gaan verloren met het stromen van de rivier
en hun echo zal zijn alsof je jezelf ziet in een absurde film
waarvan de hoofdpersonages werden afgedankt.







REGELS OVER DE HOES VAN EEN FONOPLAAT VAN STAN GETZ


We kwamen uit de liefde als uit een vliegramp
na het rondzwerven langs motels en eenzame stranden
waar onze sporen verdwenen met de vloed;
dagen en dagen van baden in champagne
en vrijen bij het huilen van de golfslag.
We waren een vreemde soort dieren
die op hun blote lichamen
sapfische imperfecta schreven.
Zo speelden we te geloven dat we de taal beheersten
zoals we dat ogenblik beheersten.

Vandaag verzamelen wij handschriften, jazzplaten, boeken
en die vlam die we wilden ontsteken
gelijk een afvallige die terugkeert tot zijn geloof
en op een geoxideerde kandelaar de kaarsen ontsteekt.

We kwamen uit de liefde als uit een vliegramp
zonder bagage en zonder retourbewijs.







TEKST AANGETROFFEN OP EEN TAFEL IN HET RESTAURANT MIRAMAR (QUINTAY)


Als de afgrond met zijn stilte ons niet riep
konden wij Trakl niet lezen, en niet uren die anonieme
grafstenen blijven bekijken die de storm teistert
gelijk de schreeuw van de vogel die de doden begeleidt.
Versregels uit Sebastian im Traum aan het strandeinde
met drijfzand gelijk schipbreukelingen. Onze tijd
moest eindeloos zijn als het zand van dat strand.
Maar alle as, alle dronkenschap, alle duurzaamheid
is overbodig omdat wij vergaan. En op de kust - zoals je weet - duurt
het gestage schouwspel van de golfslag voort. Wij lopen
over verspreid gebeente dat de golven van de zee hebben teruggespoeld,
we trekken verder om zoveel deuren te openen,
stalen deuren, houten deuren, onzichtbare deuren,
- innerlijke verhuizing waarvan we ons willen bevrijden -
waar een woord alles met zich neemt wat we hebben kunnen bezitten.




Terug naar Index